Op een dag komen ze thuis met huiswerk. Dat begint zo heel langzaamaan in groep 5. Een beetje topo, een rijtje dicteewoorden... en in de loop van de schooljaren wordt dat steeds meer. Dat huiswerk van je kind, hoe ga jij daarmee om?
Toen Camiel steeds meer huiswerk kreeg, merkte ik dat ik me er verantwoordelijker voor voelde dan hij. En ik zag het al helemaal voor me: straks heb ik er drie met huiswerk, en dan verzuip Ìk erin. Alleen al bij het idee liep m'n hoofd om. Daar moest ik snel verandering in brengen, maar hoe?
Ik was me ervan bewust dat ik, door me verantwoordelijk te voelen voor zijn huiswerk, hem de kans ontnam om er zelf verantwoordelijkheid voor te zijn. Want zolang ik het was, kon hij erop vertrouwen dat ik er wel aan dacht, dus hoefde hij dat niet te doen. Dat begreep ik, maar ik durfde het niet los te laten omdat ik bang was dat het dan verkeerd zou gaan. En ik vond het ook niet eerlijk om me er ineens niet meer mee te bemoeien en hem, zonder dat 'ie het zelf wist, in het diepe te laten plonzen. Tijd voor familie-overleg dus.
Tijdens het avondeten heb ik ze voorgelegd waar ik mee zat. Dat ik me verantwoordelijk voelde voor hun huiswerk, maar dat ik dat niet wilde en ook niet juist vond, want het is hun huiswerk en dus hun verantwoordelijkheid. Over dat uitgangspunt waren we het met elkaar eens. Toen heb ik gezegd dat ik niet wist hoe ik dat kon veranderen en gevraagd of zij me wilde helpen en misschien ideeen hadden over hoe we het dan anders zouden kunnen gaan doen.
Daar kwamen zeer constructieve voorstellen uit, zoals manieren waarop ze er zelf voor konden zorgen dat ze het niet vergaten (het op de w.c.-kalender schrijven bijvoorbeeld, want in hun agenda kijken ze niet, blijkt in de praktijk). Ook spraken we af, op voorstel van Camiel, dat ik hen er 1 keer aan herinner, op een moment dat ze het huiswerk direct kunnen gaan doen. "Doe ik het dan niet en vergeet ik het daarna, dan heb ik een probleem."
En zo hebben we het sindsdien gedaan. Ik heb mezelf in het begin regelmatig moeten tegenhouden: 'nee, niet mee bemoeien, laat hem er zelf voor zorgen' en soms voelde dat als mezelf geweld aandoen. Want je wilt gewoon ontzettend graag dat je kind het goed doet op school. Dat was een zure appel waar ik 'even' doorheen moest. Maar inmiddels kan ik echt voelen dat het hun huiswerk, hun opleiding, hun toekomst is en heb ik het losgelaten. Ik beperk me alleen nog tot hulp bieden als ze daarom vragen en ze leren hoe je kunt leren.
Ach, en af en toe probeert een van de kinderen het nog eens: "Mam, mag ik met m'n vrienden naar het plein?" En dan zeg ik dat ik daar geen antwoord op kan geven omdat ik niet kan beoordelen of 'ie z'n huiswerk dan afkrijgt, dus dat 'ie dat zelf moet beslissen. In negen van de tien gevallen besluiten ze dan om niet te gaan.
Logica brengt je van A naar B. Verbeelding brengt je overal. (Einstein)
vrijdag, maart 31, 2006
vrijdag, maart 24, 2006
Opvoeding 2: kijk uit wat je zegt: je kind gelooft het
We kennen ze allemaal: die situaties waarin je met je handen in je haar staat en lelijke dingen tegen je kind zegt. Zo'n uitroep komt voort uit je eigen onmacht, maar ondertussen heb je wel iets over je kind gezegd: Jij denkt alleen aan jezelf! of: Bah, wat ben jij onaardig, of zelfs: Lelijkerd! Vul zelf maar in; wat zeg jij tegen je kind?
Waar je op zo'n moment, midden in al je frustratie, niet bij stil staat, is dat een kind dit allemaal gelooft en voor waar aanneemt. Je ouders zijn je goden: je bent van hen afhankelijk, zij zijn degenen die 'het allemaal weten' en die jou leren hoe je het moet doen en hoe alles in zijn werk gaat. Een kind heeft van nature een rotsvast vertrouwen in z'n ouders. Hij kan ook niet anders, want zonder ouders is hij nergens.
Deze opmerkingen vestigen in de loop van de tijd een diep geworteld zelfbeeld bij je kind en het lastige ervan is: het is onbewust. Een kind hoort zijn 'goden' zeggen dat hij een egoist is, dus is het waar. En het kan heel lang duren voor je later van zo'n zelfbeeld af komt, als je het je al bewust wordt.
Ik heb mezelf aangeleerd om tegen mijn kinderen niet te spreken in de 'jij bent'-vorm maar in de 'ik ervaar'-vorm. "Ik vind dit vervelend en ik zou het fijner vinden als..." is heel wat anders dan "jij bent vervelend". En "He, ik ben er ook nog, voor mij moet het ook leuk zijn" is heel wat anders dan "egoist!".
De moeilijkheid zit 'm in het feit dat we op zo'n moment waarschijnlijk alleen maar onze eigen ouders nadoen. We weten zelf niet beter en zeggen alleen maar na wat ons toegevoegd is toen we klein waren. En dat zijn we ons vaak niet bewust.
Hoe zit het daarmee? Wat is er tegen jou gezegd toen je klein was? En ben je het daar eigenlijk mee eens? Klopt dat met wie jij werkelijk bent of wilt zijn? Loop je de hele tijd van alles voor je kind te doen, zelfs te sloven, omdat je bang bent dat je anders een egoist bent? Dan deed je moeder dat waarschijnlijk ook en noemde jou een egoist als je daar geen oog voor had en jij 'alleen aan jezelf dacht'. En dat geef je nu door aan je eigen kind, die dat dan later ook weer gaat doen.
Het is wel de moeite waard om eens te kijken naar wat jou toegevoegd is en te beslissen wat daarvan wel en wat daarvan niet bij jou past. Dan kun je namelijk kiezen hoe je wilt zijn en hoef je niet bang te zijn een egoist genoemd te worden als je eens voor jezelf kiest en zegt: "nee, hier heb ik nu geen zin in, ga maar iets doen wat je zonder mij kunt doen." Dan hoef je je kind ook geen egoist meer te noemen omdat jij geen nee kunt zeggen. Daarmee bespaar je je kind een hoop ellende, want alle 'oude rommel' die je in jezelf opruimt, bespaar je je kinderen.
Waar je op zo'n moment, midden in al je frustratie, niet bij stil staat, is dat een kind dit allemaal gelooft en voor waar aanneemt. Je ouders zijn je goden: je bent van hen afhankelijk, zij zijn degenen die 'het allemaal weten' en die jou leren hoe je het moet doen en hoe alles in zijn werk gaat. Een kind heeft van nature een rotsvast vertrouwen in z'n ouders. Hij kan ook niet anders, want zonder ouders is hij nergens.
Deze opmerkingen vestigen in de loop van de tijd een diep geworteld zelfbeeld bij je kind en het lastige ervan is: het is onbewust. Een kind hoort zijn 'goden' zeggen dat hij een egoist is, dus is het waar. En het kan heel lang duren voor je later van zo'n zelfbeeld af komt, als je het je al bewust wordt.
Ik heb mezelf aangeleerd om tegen mijn kinderen niet te spreken in de 'jij bent'-vorm maar in de 'ik ervaar'-vorm. "Ik vind dit vervelend en ik zou het fijner vinden als..." is heel wat anders dan "jij bent vervelend". En "He, ik ben er ook nog, voor mij moet het ook leuk zijn" is heel wat anders dan "egoist!".
De moeilijkheid zit 'm in het feit dat we op zo'n moment waarschijnlijk alleen maar onze eigen ouders nadoen. We weten zelf niet beter en zeggen alleen maar na wat ons toegevoegd is toen we klein waren. En dat zijn we ons vaak niet bewust.
Hoe zit het daarmee? Wat is er tegen jou gezegd toen je klein was? En ben je het daar eigenlijk mee eens? Klopt dat met wie jij werkelijk bent of wilt zijn? Loop je de hele tijd van alles voor je kind te doen, zelfs te sloven, omdat je bang bent dat je anders een egoist bent? Dan deed je moeder dat waarschijnlijk ook en noemde jou een egoist als je daar geen oog voor had en jij 'alleen aan jezelf dacht'. En dat geef je nu door aan je eigen kind, die dat dan later ook weer gaat doen.
Het is wel de moeite waard om eens te kijken naar wat jou toegevoegd is en te beslissen wat daarvan wel en wat daarvan niet bij jou past. Dan kun je namelijk kiezen hoe je wilt zijn en hoef je niet bang te zijn een egoist genoemd te worden als je eens voor jezelf kiest en zegt: "nee, hier heb ik nu geen zin in, ga maar iets doen wat je zonder mij kunt doen." Dan hoef je je kind ook geen egoist meer te noemen omdat jij geen nee kunt zeggen. Daarmee bespaar je je kind een hoop ellende, want alle 'oude rommel' die je in jezelf opruimt, bespaar je je kinderen.
vrijdag, maart 17, 2006
Opvoeding 1: het 'fout' durven laten gaan
In de tijd dat je kinderen krijgt zijn er altijd wel mensen die je ontmoet en waarmee je contact hebt puur en alleen doordat je tegelijkertijd kinderen krijgt. Zo kende ik in die tijd de echtgenote van een collega die op ongeveer dezelfde tijd haar eerste kind kreeg als ik. Allebei kregen we een jongen.
In de periode dat de jongens gingen lopen, was ik een keer bij haar op de koffie. Hun eerste wankele stappen hadden ze al achter de rug; inmiddels konden ze een wandeling van zo'n 10 stappen maken. Doelbewust ergens naartoe.
Wij zaten gezellig koffie te drinken, de jongens waren lekker aan het spelen en rondhobbelen, afwisselend lopend en kruipend. Hoewel, gezellig, mijn vriendin zat geen seconde rustig op haar stoel, druk als ze het had met continu de weg vrijmaken voor haar zoon en voorkomen dat er iets mis zou gaan.
Op een bepaald moment wil Camiel, mijn zoon, van de stoel waar ik zat naar de andere kant van de kamer lopen om daar iets van de bank te pakken. Halverwege staat echter een tafel op hoofdhoogte. Je snapt het al: je voorziet dat hij daar tegenaan gaat lopen. Wat doe je op zo'n moment?
Ik dacht daar verder niet bewust over na, ik bleef in mijn stoel zitten en Camiel liep met zijn hoofd tegen de tafel. Ik werd me mijn keuze om niet in te grijpen pas bewust op het moment dat mijn vriendin verschrikt uitriep dat dit toch echt niet kon. Ze vond me hard en ze vond het gemeen.
In eerste instantie ga je aan jezelf twijfelen en ik heb er lang over nagedacht. Ik observeerde mezelf en merkte dat ik dit consequent zo deed. Was ik gemeen?
Een mens leert door vallen en opstaan en vooral: door eigen ervaringen. Ik kan mijn kinderen behoeden zich pijn te doen – en soms doe je dat ook als het gevaarlijke situaties met zich meebrengt die een kind niet kan overzien – maar het is ook een kunst om je kinderen te laten leren. Dat betekent dat je soms iets mis laat gaan, waardoor ze uit eigen ervaring ondervinden dat ze daarop moeten letten of het de volgende keer beter anders kunnen doen. Als je het consequent probeert te voorkomen, leert je kind niets en blijf jij rennen.
Het is niet alleen een kunst om dingen mis te durven laten gaan, het is ook liefdevol om je kind de ruimte te geven om iets te leren. En zolang je er als volwassene bij bent, de risico's inschat en je kind troost als het 'mis' is gegaan, geef je je kind iets mee voor het leven: ik mag fouten maken om te leren en als het mis gaat ben ik veilig.
Mijn vriendin heeft waarschijnlijk nog jaren achter haar kind aangerend. Mij heeft ze een geschenk gegeven: door haar opmerking ben ik me van deze verantwoordelijkheid - mijn kinderen fouten te durven laten maken - bewust geworden en heb ik het nog veelvuldig gedaan. Mijn kinderen zijn inmiddels bijzonder zelfstandig.
In de periode dat de jongens gingen lopen, was ik een keer bij haar op de koffie. Hun eerste wankele stappen hadden ze al achter de rug; inmiddels konden ze een wandeling van zo'n 10 stappen maken. Doelbewust ergens naartoe.
Wij zaten gezellig koffie te drinken, de jongens waren lekker aan het spelen en rondhobbelen, afwisselend lopend en kruipend. Hoewel, gezellig, mijn vriendin zat geen seconde rustig op haar stoel, druk als ze het had met continu de weg vrijmaken voor haar zoon en voorkomen dat er iets mis zou gaan.
Op een bepaald moment wil Camiel, mijn zoon, van de stoel waar ik zat naar de andere kant van de kamer lopen om daar iets van de bank te pakken. Halverwege staat echter een tafel op hoofdhoogte. Je snapt het al: je voorziet dat hij daar tegenaan gaat lopen. Wat doe je op zo'n moment?
Ik dacht daar verder niet bewust over na, ik bleef in mijn stoel zitten en Camiel liep met zijn hoofd tegen de tafel. Ik werd me mijn keuze om niet in te grijpen pas bewust op het moment dat mijn vriendin verschrikt uitriep dat dit toch echt niet kon. Ze vond me hard en ze vond het gemeen.
In eerste instantie ga je aan jezelf twijfelen en ik heb er lang over nagedacht. Ik observeerde mezelf en merkte dat ik dit consequent zo deed. Was ik gemeen?
Een mens leert door vallen en opstaan en vooral: door eigen ervaringen. Ik kan mijn kinderen behoeden zich pijn te doen – en soms doe je dat ook als het gevaarlijke situaties met zich meebrengt die een kind niet kan overzien – maar het is ook een kunst om je kinderen te laten leren. Dat betekent dat je soms iets mis laat gaan, waardoor ze uit eigen ervaring ondervinden dat ze daarop moeten letten of het de volgende keer beter anders kunnen doen. Als je het consequent probeert te voorkomen, leert je kind niets en blijf jij rennen.
Het is niet alleen een kunst om dingen mis te durven laten gaan, het is ook liefdevol om je kind de ruimte te geven om iets te leren. En zolang je er als volwassene bij bent, de risico's inschat en je kind troost als het 'mis' is gegaan, geef je je kind iets mee voor het leven: ik mag fouten maken om te leren en als het mis gaat ben ik veilig.
Mijn vriendin heeft waarschijnlijk nog jaren achter haar kind aangerend. Mij heeft ze een geschenk gegeven: door haar opmerking ben ik me van deze verantwoordelijkheid - mijn kinderen fouten te durven laten maken - bewust geworden en heb ik het nog veelvuldig gedaan. Mijn kinderen zijn inmiddels bijzonder zelfstandig.
Het mooie van gidswerk
Wat ik het mooie vind van gidswerk is dat het altijd precies op maat is. En dat past zo bij deze tijd: eenheidsoplossingen (regels) werken niet meer. Als Jantje hier komt met probleem A, komt de geestelijke wereld met een oplossing die totaal anders is dan wanneer Pietje hier komt met hetzelfde probleem. Je kunt het dus ook niet op een school leren of in een boek schrijven.
Ik ben elke keer weer verrast door de oplossingen waarmee de begeleiders aan gene zijde komen en vooral de creativiteit ervan. "Hoe verzinnen ze het" denk ik vaak. En elke keer is het weer een schot in de roos, precies wat iemand nodig heeft.
Ik ben ook wel blij dat het allemaal niet van mij afhangt, want ik zou waarschijnlijk niet veel verder komen dan "ah, probleem A? Hup, oplossing B." Het enige waar ik voor moet zorgen is dat mijn kanalen openstaan, dus dat ik goed kan horen en zien. Dat betekent dat ik zelf ook constant in beweging ben. Maar ook dat regelt zichzelf. Als ik soms eens 'ergens doorheen moet' heb ik zomaar geen afspraken met cliënten staan en als ik er doorheen ben beginnen ze weer te bellen. Ik zeg altijd: ik heb een goeie secretaresse daarboven. Daar kan ik dan maar beter goed naar luisteren en niet mijn eigen zinnetje doen.
Zo had ik een keer helemaal geen een afspraak staan in een week. Denk ik gelijk dat er iets met mij aan de hand is. Maar wat bleek: in die week gingen ze bij de buren met een drilboor aan de gang. Hoefde ik mooi niemand af te bellen. Dat regelen ze allemaal goed daarboven.
Maar dat was in het begin gelijk al duidelijk. Toen me duidelijk gemaakt werd dat ik dit werk ging doen en vroeg: maar hoe komen die mensen dan bij mij terecht? Zei Juria, een van mijn begeleiders: dat is nou precies het enige waar jij je niet druk over hoeft te maken, dat regelen wij. En zo is het gegaan.
In de loop van de jaren heb ik geleerd daarop te vertrouwen. Omdat mijn praktijk heel druk is, duurt het soms langer dan je wilt voordat je een afspraak hebt. En altijd blijkt uiteindelijk de timing perfect. Hoe vaak heb ik niet gehoord dat men zegt: 'achteraf gezien was het goed dat de afspraak nu pas was, want..." Evenzo komt het regelmatig voor dat er ruimte in mijn agenda gemaakt wordt zodat iemand eerder kan komen. Dat is dan blijkbaar nodig.
Ik ben elke keer weer verrast door de oplossingen waarmee de begeleiders aan gene zijde komen en vooral de creativiteit ervan. "Hoe verzinnen ze het" denk ik vaak. En elke keer is het weer een schot in de roos, precies wat iemand nodig heeft.
Ik ben ook wel blij dat het allemaal niet van mij afhangt, want ik zou waarschijnlijk niet veel verder komen dan "ah, probleem A? Hup, oplossing B." Het enige waar ik voor moet zorgen is dat mijn kanalen openstaan, dus dat ik goed kan horen en zien. Dat betekent dat ik zelf ook constant in beweging ben. Maar ook dat regelt zichzelf. Als ik soms eens 'ergens doorheen moet' heb ik zomaar geen afspraken met cliënten staan en als ik er doorheen ben beginnen ze weer te bellen. Ik zeg altijd: ik heb een goeie secretaresse daarboven. Daar kan ik dan maar beter goed naar luisteren en niet mijn eigen zinnetje doen.
Zo had ik een keer helemaal geen een afspraak staan in een week. Denk ik gelijk dat er iets met mij aan de hand is. Maar wat bleek: in die week gingen ze bij de buren met een drilboor aan de gang. Hoefde ik mooi niemand af te bellen. Dat regelen ze allemaal goed daarboven.
Maar dat was in het begin gelijk al duidelijk. Toen me duidelijk gemaakt werd dat ik dit werk ging doen en vroeg: maar hoe komen die mensen dan bij mij terecht? Zei Juria, een van mijn begeleiders: dat is nou precies het enige waar jij je niet druk over hoeft te maken, dat regelen wij. En zo is het gegaan.
In de loop van de jaren heb ik geleerd daarop te vertrouwen. Omdat mijn praktijk heel druk is, duurt het soms langer dan je wilt voordat je een afspraak hebt. En altijd blijkt uiteindelijk de timing perfect. Hoe vaak heb ik niet gehoord dat men zegt: 'achteraf gezien was het goed dat de afspraak nu pas was, want..." Evenzo komt het regelmatig voor dat er ruimte in mijn agenda gemaakt wordt zodat iemand eerder kan komen. Dat is dan blijkbaar nodig.
donderdag, maart 16, 2006
Praktijk voor gidswerk
Soms zijn er omstandigheden in je leven die je niet kunt begrijpen of oplossen met de gegevens die je vanuit het hier en nu tot je beschikking hebt. Omstandigheden waar je niet gelukkig mee bent en die je ervan weerhouden het leven te leven zoals je dat zou willen. Omstandigheden waardoor je de indruk hebt dat het leven zelf je tegenhoudt te doen wat jij wilt. Misschien heb je al van alles gedaan om hier inzicht in te krijgen - boeken lezen, workshops volgen, gesprekken, therapie - en heb je instrumenten aangereikt gekregen om hier verandering in aan te brengen... en toch kom je er niet doorheen, het lost niet echt op.
Wij zijn gewend naar het leven te kijken vanuit de zintuiglijk waarneembare wereld. Dit is echter maar een deel van onze werkelijkheid. Achter deze wereld gaat een heel andere wereld schuil. Een onstoffelijke wereld die, zonder dat wij het in de gaten hebben, een grote invloed heeft op wat zich op het aardse vlak uitdrukt. Zonder deze onstoffelijke wereld in ogenschouw te nemen, is het vaak moeilijk te begrijpen wat er in je aardse leven gebeurt.
Voor veel mensen komt er een moment waarop ze tot de conclusie komen dat er meer moet zijn dan het psychische, mentale en emotionele vlak waarop ze tot nu toe hebben geprobeerd de obstakels of vraagstukken in hun leven aan te pakken. Als jij daar nu bent, kun je mij raadplegen om je door deze geestelijke werkelijkheid heen te gidsen. Want jouw werkelijkheid is veel groter, beslaat een grotere geschiedenis, dan die van je huidige (fysieke) leven. Sterker nog: de omstandigheden in je leven zijn een product van deze geschiedenis. Ik heb het vermogen meegekregen om in deze geestelijke wereld te schouwen. Om waar te nemen waar de omstandigheden in je leven vandaan komen en waar het naartoe wil.
Ons grootste probleem is dat wij denken dat wij mensen zijn die worstelen met het geestelijke. Maar wij zijn geestelijke wezens die worstelen met het menselijke. Als geestelijk wezen ga je een ontwikkeling door die vele aardse levens beslaat. Als je inzicht kunt krijgen in je ontwikkelingsproces en je voornemens voor je huidige incarnatie, ontstaat er een perspectief waardoor je verder kunt met je leven. Ik help je de weg te vinden in deze onstoffelijke, geestelijke wereld.
Je kunt in principe alleen de weg vragen voor jezelf. Hierop bestaat één uitzondering: ouders mogen de weg vragen voor de (jonge) kinderen waar zij verantwoordelijkheid voor hebben gekregen. Zodat ze hen beter bij kunnen staan en kunnen steunen terwijl zij opgroeien.
Wij zijn gewend naar het leven te kijken vanuit de zintuiglijk waarneembare wereld. Dit is echter maar een deel van onze werkelijkheid. Achter deze wereld gaat een heel andere wereld schuil. Een onstoffelijke wereld die, zonder dat wij het in de gaten hebben, een grote invloed heeft op wat zich op het aardse vlak uitdrukt. Zonder deze onstoffelijke wereld in ogenschouw te nemen, is het vaak moeilijk te begrijpen wat er in je aardse leven gebeurt.
Voor veel mensen komt er een moment waarop ze tot de conclusie komen dat er meer moet zijn dan het psychische, mentale en emotionele vlak waarop ze tot nu toe hebben geprobeerd de obstakels of vraagstukken in hun leven aan te pakken. Als jij daar nu bent, kun je mij raadplegen om je door deze geestelijke werkelijkheid heen te gidsen. Want jouw werkelijkheid is veel groter, beslaat een grotere geschiedenis, dan die van je huidige (fysieke) leven. Sterker nog: de omstandigheden in je leven zijn een product van deze geschiedenis. Ik heb het vermogen meegekregen om in deze geestelijke wereld te schouwen. Om waar te nemen waar de omstandigheden in je leven vandaan komen en waar het naartoe wil.
Ons grootste probleem is dat wij denken dat wij mensen zijn die worstelen met het geestelijke. Maar wij zijn geestelijke wezens die worstelen met het menselijke. Als geestelijk wezen ga je een ontwikkeling door die vele aardse levens beslaat. Als je inzicht kunt krijgen in je ontwikkelingsproces en je voornemens voor je huidige incarnatie, ontstaat er een perspectief waardoor je verder kunt met je leven. Ik help je de weg te vinden in deze onstoffelijke, geestelijke wereld.
Je kunt in principe alleen de weg vragen voor jezelf. Hierop bestaat één uitzondering: ouders mogen de weg vragen voor de (jonge) kinderen waar zij verantwoordelijkheid voor hebben gekregen. Zodat ze hen beter bij kunnen staan en kunnen steunen terwijl zij opgroeien.
Laatst bijgewerkt: dec.2011
Abonneren op:
Posts (Atom)