Kinderen krijgen, opvoeden... het doet een hoop met je. Ze stellen je vragen die je zelf al lang niet meer hebt gehad, waardoor je over dingen na gaat denken. Vooral over jezelf. En het roept ook je eigen kindertijd bij je terug. Je herinnert je weer de vragen die jij had en dat zorgt ervoor dat je opnieuw stilstaat bij al die dingen die zo vanzelfsprekend voor je zijn geworden. Maar zijn ze dat ook echt?
Voor mij is er een wereld opengegaan doordat de kinderen in ons leven kwamen. Niet alleen omdat in feitelijke zin alles veranderde, nee, ook mijn eigen kinderwereld ging weer open. Als je kinderen krijgt gaat alles op z'n kop. Je hebt de kans opnieuw te bekijken wat je eigenlijk belangrijk vindt in het leven. Je hebt de kans het totaal anders te doen dan hoe je zelf bent opgevoed en te leren van de fouten van je ouders. Of juist tot de conclusie te komen dat je het eens bent met hoe zij het hebben gedaan en stil te staan bij de gelukkige jeugd die je hebt gehad.
Ik heb veel geleerd over grenzen stellen en over 'het midden vinden'. Grenzen stellen vond ik niet makkelijk en helemaal niet leuk, maar ik ben nu blij dat ik het geleerd heb. Het midden zoeken is ook een kans geweest om te ontdekken wat ik nu eigenlijk vind en groter nog: hoe ik in het leven sta. Bijvoorbeeld het midden tussen gevoelig en nuchter zijn. Je kinderen serieus nemen, maar wel zelf blijven bepalen en beslissen. Je kinderen vrijheid en ruimte geven zonder daarbij zelf in de knel te raken. Het midden vinden tussen tussen je angsten en je verantwoordelijkheid.
Ik merk dat ik een gevoelige maar ook een duidelijke en consequente moeder geworden ben. Er is ruimte voor ieders gevoelens en wensen, maar ik ben ook niet bang om soms autoritair te zijn. Er zijn nu eenmaal dingen waar ik over beslis, en over die dingen overleg ik dus niet met ze, want dat is onzin; als de uitkomst al vast staat hoef je niet net te doen alsof zij een vinger in de pap hebben. Ze mogen wel altijd alles vragen. Als ze maar bereid zijn om ook 'nee' te horen.
Verder ben ik een moeder van de drie R's geworden: rust, reinheid en regelmaat. Kinderen hebben dat nodig, want ze stuiteren letterlijk van hot naar haar als er geen grenzen zijn en geen rust is. Die reinheid zit 'm overigens niet zozeer in een schoon huis, maar in het zorgen voor een thuis waar ze van op aan kunnen – omdat ze weten waar ze aan toe zijn – en waar het veilig is. Dus reinheid in de zin van zuiverheid, eerlijkheid en duidelijkheid.
Ik heb verschrikkelijk veel geleerd van en door mijn kinderen en ik kan het iedereen aanraden jezelf te bevragen en in twijfel te trekken, jezelf opnieuw uit te vinden en op te voeden, en zodoende een opvoeder te worden. Ik heb lang getwijfeld of ik wel een 'goede moeder' was en juist door daaraan te twijfelen ben ik er een geworden. En het allerbelangrijkste daarbij is de vraag: doe je wat je kunt, doe je alles wat in je macht ligt? Als je die vraag met 'ja' kunt beantwoorden (en zelf weet je ten diepste of dat het geval is) is het goed. Als je weet dat je alles doet wat je kunt, hoef je niet meer aan jezelf te twijfelen. Wat trouwens niet wil zeggen dat je geen fouten maakt. Maar dat is echt heel wat anders dan wel of geen goede moeder zijn.